Brussel
Dinsdagavond, 26 februari en ik zit op een hotelkamer in Brussel. Morgen mag ik een presentatie geven over “ the lessons learnd AECM” in AGRI-CIVIL-DIALOGUE-Group. Dat is een overleg platform van de Europese commissie. We zijn hier op voorspraak van de Duitse Boerenbond die graag wil dat we onze ervaringen met het collectief oppakken en uitvoeren van het ANLb delen met andere Europese landen. Er is de laatste tijd vanuit Duitsland opvallend veel belangstelling voor onze werkwijze. Niet alleen van de Duitse Boerenbond maar ook van het Duits ministerie van landbouw, zo is de Duitse staatssecretaris van landbouw in december op werkbezoek geweest bij de ANOG en was daarna enthousiast over het collectieve model.
In de eerste week van februari was er een internationaal congres in Leeuwarden
dat geheel in het teken stond van het nieuwe GLB en of dat bijzondere systeem
dat die rare Hollanders hebben ontwikkeld daarin van toegevoegde waarde kan
zijn. Hier waren 26 van de 27 EU lidstaten aanwezig en die hebben we veel
kunnen vertellen over onze werkwijze met collectieven. Daartoe hebben ze ook 2
collectieven bezocht, De Waad Rane en de Noordelijke Friesche Wouden. Velen van
de aanwezigen vonden het heel bijzonder dat boeren samenwerken om tot beter
beheer te komen en waren verbaasd om boeren enthousiast te horen vertellen over
het ANLB en onze werkwijze met collectieven.
Maar wat is nu het belang van deze internationale belangstelling voor wat wij doen? Dat is tweeledig, het staat nog niet vast dat we in de nieuwe GLB periode zomaar weer verder kunnen met ons systeem, we zijn nog steeds een uitzondering in Europa. Daarom is het van belang om te laten zien hoe we het doen maar vooral ook dat het ons lukt om beter beheer te realiseren met betere resultaten en dat ook de deelnemende boeren blij zijn met onze manier van werken en er dus enthousiasme is voor meer deelname aan het ANLB. Tegelijkertijd geeft die aandacht ons de mogelijkheid om dingen die wij nog verbeterd willen hebben in het systeem. Zoals de vele dubbele, onnodige controles, het gemillimeterd over oppervlaktes onder de aandacht te brengen van de mensen die het kunnen oplossen.
Het biedt ons ook een podium om onze ideeën over het nieuwe GLB te delen met andere landen en met vertegenwoordigers van de Europese commissie. Want we willen een GLB dat veel meer focust op het verbeteren van natuur, landschap en de biodiversiteit. Wij kunnen laten zien dat onze Nederlandse manier van samenwerkende boeren meer resultaat boekt, meer inzet genereert en resulteert in boeren die trots zijn dat ze meedoen met het ANLB.
Alex Datema