Goede resultaten eerste periode ANLb-beheer
De eerste ANLb-periode is afgerond. Van 2016 tot 2022 voerden 11.000 Nederlandse boeren in 40 agrarische collectieven agrarisch natuur- en landschapsbeheer uit. Wij zetten de resultaten voor je op een rijtje.
In de afgelopen zeven jaar zijn er steeds meer hectares kruidenrijk grasland bijgekomen en meer kilometers bomen en struiken, meer sloten zijn ecologisch geschoond, meer ruwe mest is uitgereden, er zijn meer keverbanken aangelegd en meer wintervoedselakkers en natuurvriendelijke oevers.
De collectieven creëren met de boeren zo geschikt mogelijke habitats voor de gele kwikstaart, de kievit, de grutto, de blauwe kiekendief, de houtduif, de torenvalk, de boomkikker, de kamsalamander, de tureluur, de hazelmuis, de bunzing, de steenuil en bijna 60 andere diersoorten.
Die habitats stellen de collectieven samen met een mozaïek aan verschillende soorten beheer: een plek waar ze kunnen broeden, een plek waar ze kunnen foerageren en een plek waar ze hun jongen groot kunnen brengen. Elke functie vraagt een andere soort omgeving, en dit verschilt ook weer per diersoort.
De veertig agrarische collectieven hebben zich samen met de boeren enorm ingezet om het ANLb goed uit te voeren. De collectieven hebben het beheer in contracten vastgelegd, het beheer gecontroleerd en uitbetaald. Effectief en efficiënt beheer helpt doelsoorten om te overleven en geeft populaties de kans om te groeien. En niet alleen de doelsoorten profiteren hiervan, maar de gehele biodiversiteit in het landelijk gebied. Daarom gaan we door. Het collectieve agrarisch natuur- en landschapsbeheer in de volgende ANLb periode loopt van 1 januari 2023 tot 2028.